‘Nog niet klaar met het speciaal onderwijs van Mariëndael!’
Kim Hofstra stuurde na haar eindstage bij Mariëndael een open sollicitatie naar de Doetinchemse school. Sinds september 2020 werkt de gespecialiseerd pedagogisch medewerker er als onderwijsondersteuner.
‘In juni rondde ik mijn stage af en nam ik afscheid van Mariëndael. Dat was een ontroerende dag: een paar kinderen huilden en ik had het er zelf ook moeilijk mee. Een jaar lang had ik als onderwijsondersteuner in die groep gestaan, en ineens was dat voorbij. Dachten we allemaal. Maar wie stond er aan het begin van het nieuwe schooljaar op het plein: juf Kim, terug van weggeweest!
Vliegende kiep
Toen ik aan het begin van de zomer vertrok, had ik al wel een open sollicitatie naar Mariëndael gestuurd, maar nog geen uitnodiging voor een gesprek ontvangen. Die kwam kort daarna, en ik werd aangenomen. Nu werk ik als een soort vliegende kiep, officieel val ik in de categorie ‘werkdrukverlagende middelen’. Dat betekent dat ik leraren en onderwijsondersteuners vervang als zij uren buiten de klas aanvragen. Ze roosteren zichzelf dan uit voor oudergesprekken, om lesplannen te schrijven of bijvoorbeeld voor overleg met ib’ers en orthopedagogen. Ik neem dan hun plek in de klas in, naast de overgebleven vaste leraar of ondersteuner.

Onbetaalbaar
Dus daar stond ik in september weer, terug op het schoolplein. De gezichten van ‘mijn’ kinderen toen ze me zagen staan: onbetaalbaar. Maar hún klas is niet opnieuw míjn klas; ik neem alle negen klassen van Mariëndael – op beide locaties van de school – zo’n tien keer per jaar over. Geweldig om alle leerlingen te leren kennen en zo te ontdekken wat ik het allerleukst vind en wat het beste bij me past.
Uitdaging
Maar steeds op een andere plek invallen is ook een hele uitdaging, zo in mijn eerste jaar als gediplomeerd professional: al die verschillende leerlingen leren kennen, zo snel mogelijk doorgronden wat ze nodig hebben, soepel aansluiten bij de aanpak in een klas en geolied samenwerken met steeds verschillende collega’s.
Zie je het zitten?
Gelukkig staat het team me met raad en daad bij. Op de eerste plaats leun ik natuurlijk op de vaste leraar of onderwijsondersteuner, met wie ik een klas draai. Die weet wie er hulp nodig heeft tijdens de eetmomenten en hoe laat er medicatie gegeven moet worden. In veel groepen ligt er bovendien een map, waarin alle kinderen beschreven staan. Op een dag stond ik door omstandigheden in mijn eentje voor de groep. Mijn collega’s waren een warme deken: Zie je het zitten?, vroegen ze. En door de dag heen staken ze hun hoofd om de hoek: ‘Lukt het? Kan ik je ergens mee helpen?’
Kaartje
Inmiddels weet ik dat de eerste twee dagen in een nieuwe klas het lastigst zijn. Vanaf de derde invalbeurt gaat het eigenlijk heel soepel. De leerlingen vragen me heel vaak wanneer ik weer kom; ze snappen niet goed hoe ik zoveel klassen kan hebben. Maar ondanks dat ik ze niet vaak zie, wil ik ieder kind leren kennen. Het schoolplein is een goede plek om zo’n band op te bouwen; even een praatje maken, vragen naar hoe het thuis gaat, laten zien dat je er bent. Ik was heel blij met de bevestiging van een van mijn collega’s. Op een kaartje schreef ze: ‘Heel mooi dat je van nature zo met de leerlingen omgaat!’
Snelkookpan
Dit schooljaar is een soort snelkookpan: ik krijg alle kinderen, alle klassen en alle niveaus van de school in heel korte tijd te zien. Ik heb het supererg naar mijn zin en ben nog lang niet klaar met Mariëndael!’
Bekijk onze vacatures
In de reeks verhalen 'Ik ben een onderwijsspecialist' vertelt een onderwijsspecialist wat zijn of haar baan speciaal maakt. Deze keer vertelt Kim over haar hart voor kinderen met speciale behoeften.
Meer verhalen